NIDA Almere vraagt aandacht voor onderwijs op afstand

NIDA Almere heeft schriftelijke vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders over het organiseren van onderwijs op afstand in Almere. De partij wil weten wat het college kan betekenen voor Almeerse schoolgaande kinderen en jongeren die niet over de juiste middelen (zoals laptop e/o internet) beschikken om onderwijs op afstand te kunnen volgen. 

NIDA Almere waarschuwde eerder voor een tweedeling in het Almeerse onderwijs en heeft om extra aandacht gevraagd voor kinderen van minimagezinnen. Deze waarschuwing lijkt terecht te zijn. Want ondanks alle inspanningen van scholen en het kabinet blijkt uit onderzoeken dat de onderwijsachterstanden de afgelopen maanden groter te zijn geworden en zijn bestaande verschillen tussen leerlingen uitvergroot. NIDA-raadslid en fractievoorzitter, Hassan Buyatui: “zelfs de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media reageerde geschrokken. Hij vindt nu ook dat alle leerlingen moeten in de klas én thuis goed onderwijs kunnen blijven volgen. Dit geeft hoop, maar we zijn er nog niet. De situatie in Almere vraagt ons inziens om extra inzet vanuit het college.’’

In reactie op schriftelijke vragen NIDA fractie d.d. 21 april 2020 over ‘Een laptop is geen luxe, maar noodzaak!’ zei het college dat het aan de schoolbesturen is om een oplossing te vinden voor Almeerse schoolgaande kinderen en jongeren die niet over de juiste middelen beschikken om onderwijs op afstand te kunnen volgen. NIDA Almere deelt deze opvatting niet. Hassan Buyatui: “Het college legt de eindverantwoordelijk bij de schoolbesturen. Dat is in deze mogelijke tijden van corona niet behoorlijk. Het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid. Naar ons oordeel dient de gemeente de gezinnen die moeilijk onderwijs op afstand kunnen organiseren wel te ondersteunen. Vele gemeenten doen dat ook.” 

De ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft ondertussen € 3 miljoen beschikbaar gesteld om via SIVON opnieuw devices te verstrekken, met name aan scholen in het primair en voortgezet onderwijs die veel leerlingen hebben met een risico op achterstanden. Dat is bovenop de € 6,3 miljoen die in het voorjaar reeds beschikbaar is gesteld voor devices. 

Meld je aan voor onze nieuwsbrief